Wij verkochten ons bedrijf met hoofdzetel in Duitsland in 1990. Het bedrijf bestond uit 320 medewerkers, 3 productie-eenheden waarvan 2 in Duitsland en 1 in Nederland, 12 wereldwijde eigen marketing vestigingen en agenten/distributeurs over de gehele wereld. Ik was Groeps-directeur van, en volledig verantwoordelijk voor, deze organisatie en rapporteerde direct aan de US eigenaresse en een trust. Toen de eigenaresse overleed boden de erfgenamen en trust mij de mogelijkheid aan de gehele organisatie te kopen. De koopsom was 50 miljoen. Ik bezat zelf op dat moment, buiten een zeer goed salaris vrijwel geen eigen kapitaal, slechts een huis met een hypotheek en een zeilboot deels via de bank. Het lukte mij toch het kapitaal nodig, de 50 miljoen, om het bedrijf te kopen via institutionele beleggers, pensioenfondsen, banken, privé personen etc. te verkrijgen. Ook lukte het te bedingen dat wij, het management, de controlerende meerderheid en 51% van de aandelen van het bedrijf te verkrijgen, hetgeen zeer ongewoon is wanneer jezelf slechts een klein deel van dat kapitaal inbrengt. In die koopperiode werd ik benaderd door een internationaal conglomeraat welke ook had gehoord dat het bedrijf te koop was en vroeg mij of de trust een deel van het bedrijf aan hen wilde verkopen. De trust en erfgenamen wilden dit niet en alleen de totale organisatie als geheel verkopen. Het conglomeraat accepteerde dit en ook mijn positie als eerste gegadigde het gehele bedrijf te mogen kopen maar vroeg of ik bereid was het bedrijf, nadat ik het had gekocht, weer van mij te kunnen kopen. Wij kwamen dat overeen. Ik kocht het bedrijf voor 50 miljoen en verkocht het enige jaren later aan het conglomeraat voor 150 miljoen. Voor de beleggers en participanten in ons bedrijf betekende dit een factor 30 opbrengst. Voor het management had deze transactie ook een positieve, maar toch bescheiden, opbrengst daar wij, als management, een groot deel van onze 51% aan aandelen onder ons personeel hadden verdeeld…
Als eigenaar van mijn bedrijf kocht, acquireerde, ik ook verschillende bedrijven zoals bijvoorbeeld in Duitsland en Italië (!) ter expansie van mijn onderneming. Die acquisities waren zeer succesvol en de bedrijven bestaan nog steeds. Ik was 43 toen ik mijn bedrijf verkocht. Het betrof toen een van de eerste en grootste MBO’s in Duitsland.
Wij woonden na de verkoop van ons bedrijf in België, in de Ardennen. Ik kreeg na de verkoop van mijn bedrijf jobs als bedrijfsverbeteraar-directeur bij verschillende bedrijven zoals BP Chemicals (vestiging Denemarken), GAF/ISP etc. aangeboden.
(Later sprak advocaat Kroon, later ook veroordeeld en tuchtrechtelijk berispt en advocaat van Leusink en Crans, zich uit voor een rechter (!) met de mededeling; “dat zij wel eens wilden zien of het sterretje Korver niet op de knieën te krijgen was…”)
Mijn leven tot dan toe was ik alleen maar beroepsmatig actief geweest en heel veel onderweg geweest. Het werd tijd voor de familie en wij vertrokken naar Spanje. Kinderen naar Spaanse scholen. Toen de kinderen ouder werden en er behoefte was aan betere scholen vertrokken wij naar de US. Kinderen naar US school en universiteit. Na enige tijd wilden wij terug naar Europa en vertrokken naar Frankrijk. Onze dochter bleef achter in de US om haar studie af te maken, onze zoon ging mee en ging naar een Frans lyceum waar hij zijn baccalauréat behaalde. De kinderen spreken en schrijven vijf talen vloeiend.
2001
Alhoewel er geen financiële noodzaak was om iets te gaan ondernemen was het moeilijk voor mij stil te zitten en zocht ik een bezigheid het liefst in de vorm van het runnen van een bedrijf. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Ik kreeg contact met bedrijfsbemiddelaar Harry Thewessem van Bureau Diligence. Ik verstrekte Thewessem een specificatie van het soort bedrijf wat ik zocht met specifieke eisen daar waar het ging om financiële prestaties van het bedrijf. Wij dachten aan participatie in of overname van een bedrijf mede aan onze kinderen en de studies die zij volgden en de mogelijkheid dat zij later mee in het bedrijf zouden konden stappen. Als zij dat wilden. Door de motivatie welke Pim Fortuyn scheen te geven was Nederland weer interessant voor ons geworden. Wij kregen er zin in. Thewessem stelde meerdere bedrijven op papier aan mij voor welke niet aan mijn eisen voldeden en ik afwees. Later presenteerde hij Prowi en gezien de commerciële en financiële informaties welke hij van Prowi produceerde vond ik dat bedrijf interessant genoeg om nader te gaan bekijken.