Mijn vrouw en ik hadden besloten onze beiden in te zetten voor de ontwikkeling van ons nieuwe bedrijf.
Eerder had ik tezamen met mijn vrouw een continentaal, Europees, zeer succesvol verkoopkantoor opgezet voor een US/Brits bedrijf waar wij zo’n 13 jaar tezamen werkten. Na eerst een verkoopkantoor in Den Haag ontwikkeld te hebben verhuisden wij voor het bedrijf naar Duitsland met het doel een verkoopkantoor ten behoeve van het verkoopgebied Duitsland toe te voegen. Wij hadden toen continentale verantwoording voor de verkoop en marketing van de producten en diensten van dit US/Brits bedrijf. Dus het was logisch voor mij dat mijn vrouw bij Prowi met mij mee deed. Zij kende het klappen van de zweep, administratief en verkooptechnisch gezien. Mijn vrouw was een probleem voor Plattje. Hij hield haar ver van zijn activiteiten en gaf hij haar permanent lullige en voor haar beledigende werkzaamheden. Het was dus van het begin af aan een opgave je in Plattje’s werkzaamheden te mogen betrekken. Hij had een gigantische sleutelbos aan een ketting aan de broekriem van zijn pantalon hangen en sloot omslachtig en luid rinkelend, iedere keer dat hij zijn kantoor verliet, zijn kantoor af. Op zich was dat nogal vreemd, of juist te verwachten, want zijn kantoor lag direct naast dat van mijn en naast die van mijn vrouw.
Het was ook opvallend dat Plattje iedere keer dat ik een bezoeker in mijn kantoor had onverwacht naar binnen kwam om iets te vragen, maar ook van “ken ik deze mijnheer-mevrouw al”? Hij wilde van alles op de hoogte blijven en hoopte dan voorgesteld te worden aan mijn bezoek om zeker te zijn dat hij volledige controle had.
In mijn eerste werkweek bij Prowi bleken er onverwachte en moeilijke beslissingen genomen te moeten worden. Er was voor 16 medewerkers door Leusink en Plattje ontslag aangezegd. Bij mijn intrede op 25 maart 2002 bleek aan 16 personeelsleden (29%) van de 56 ontslag aangezegd waaronder 8 meubelmakers c.q. monteurs. Leusink, Crans en Plattje hadden gewacht met het feitelijke naar huis sturen van de ontslagenen totdat Korver hun bedrijf had gekocht en feitelijk op het bedrijf gearriveerd was. Het plan van Leusink, Crans en Plattje was Korver nog het uiteindelijke smerige werk te laten doen en de betrokken mensen door hem naar huis te laten sturen. Leusink verteld later dat ik wist van de ontslagen voordat ik zijn bedrijf kocht. Waarom zou ik mensen ontslaan die ik niet kende waaronder o.a. voor het bedrijf essentiële functies die moeilijk of niet vervangen konden worden? En waarom als de resultaten van het bedrijf zo fantastisch waren zoals Thewessem voor Leusink aan mij bevestigde en waarin een winst voor belastingen van 2 miljoen NLG wordt beloofd? Zie onder:
Thewessem van Bedrijfsmakelaardij Diligence belooft op 24 08 2001:
“Nogmaals we praten over een vraagprijs van 8 mio goodwill plus eigen vermogen op een winst voor belasting van ruim 2 miljoen gulden….”
en vraagt Plattje zich af in zijn verzoek tot collectief ontslag aan het CWI van 19 februari, 2002:
“De verwachtingen zijn meer dan hoopvol, echter bedrijfseconomisch zijn de orders niet aanwezig en is er geen garantie of zekerheid. De volgende uitspraak is reeds meerdere malen gezegd: “Het werk komt eraan, alleen de vraag wanneer?”
Het blijkt dat de 9 ontslagen met de functies uit de meubelmakerij en productie vooral gerelateerd waren aan de productie van projecten, de afdeling van Schopman. Die afdeling moest productie-technisch afgebouwd worden daar Leusink c.s wist dat Schopman zijn ontslag had genomen. Plattje had zich in het “management team” van Leusink altijd sterk gemaakt voor een concentratie van de verkoopactiviteiten richting winkelinterieurs ten behoeve van zulke klanten als Bart Smit en dergelijke en projecten totaal te vergeten. Toen het Leusink lukte Prowi Korver binnen twee en een halve maand failliet te laten verklaren ging zijn voor dat doel opgerichte Prowi Vof exact die marketing strategie volgen. Leusink, niet zeker dat Korver de firma zou kopen, was in de periode voor de verkoop aan Korver zijn bedrijf aan het “reinigen”. Schopman ging weg onder mee-name van zijn omzet. Plattje geloofde alleen maar in de marge-gunstige winkelinterieur producten, waarvoor je ook relatief weinig en niet geschoold personeel benodigd, en Leusink dacht met die strategie een meer winstgevend, simpeler, bedrijf te creëren zodat hij rustiger van zijn pensioen kon gaan genieten. Hiertoe moest een groot deel van het personeel ontslag aangezegd worden. Tot een ieders verrassing ging de verkoop aan Korver toch door en werd hemel en aarde bewogen Schopman tot de datum van de overdracht te laten blijven.
Een winst voor belasting van ruim 2 miljoen gulden….
Eigen vermogen = activa (de bezittingen) te verminderen met de passiva (de schulden).
of
Eigen vermogen = eigen vermogen begin van het boekjaar + behaalde winst gedurende de periode -/- privéopnamen + privéstortingen
Collectief ontslag correspondentie van Plattje:
Verzwegen ontslagen correspondentie Plattje CWI
Ontslag termijn:
Financial Directeur Plattje zegt de betrokken personeelsleden ontslag aan op 5 februari, 2002. Op 27 februari, 2002 krijgt hij toestemming van het CWI om de ontslagen uit te voeren. Op 28 februari, 2002 schrijft Plattje de betrokkenen aan en bevestigt het ontslag en dat “normaal gesproken” men dan op 1 april, 2002, niet meer in dienst zou zijn van Prowi Interieur B.V. Korver maakt op 25 maart, 2002, zijn intrede bij de firma. Hij wordt er van beschuldigd om de ontslagen verzocht te hebben. Korver houdt de meeste door Leusink/Plattje ontslagen medewerkers echter aan. Meerdere zeer gekwalificeerde werknemers hadden inmiddels werk elders gevonden o.a. bij Schopman en vertrekken op de dag dat Korver arriveerde. Vreemd is ook dat Plattje de opzegtermijn “Gelet op de huidige werkzaamheden” met één maand verlengt.
ontslag termijnMijn enthousiasme en dat van de heer Leusink…
Bevestiging Omzetentousiasme Thewessem 3 02 2002Informatie
Email Prowi Resultaten 5 maart 2002 en ontslagenenGaranties uit de koopovereenkomst:
Garanties uit koopovereenkomst